Historie

De ontstaansgeschiedenis van de stichtingen klinische genetica in Nederland gaat terug naar de jaren ‘70. De financiering van de klinische genetica leidt op verzoek van de ziektekostenverzekeraars tot de oprichting van stichtingen klinische genetica in alle universiteitssteden met een medische faculteit. Op deze manier wordt gewaarborgd dat het ter beschikking gestelde geld ook daadwerkelijk aan de klinisch genetische patiëntenzorg ten goede komt.
Stichting Klinische Genetica Limburg

In 1981 vindt de oprichting van de Stichting Klinische Genetica Limburg (SKGL) plaats, naar het voorbeeld van de gelijknamige Rotterdamse stichting. Prof. Hans Galjaard (Rotterdam) en drs. Ben ter Haar (Nijmegen) treden op als externe adviseurs. Begin 1983 begint de SKGL met haar activiteiten in het voormalige chromosomenlaboratorium van ziekenhuis St. Annadal.

Eveneens in 1983 start officieel de capaciteitsgroep Genetica en Celbiologie van de Rijksuniversiteit Limburg met het aantreden van Joep Geraedts, die in oktober 1982 is benoemd tot hoogleraar Genetica en Celbiologie aan de Medische Faculteit en de Faculteit Algemene Wetenschappen (de latere Faculteit Gezondheidswetenschappen). Geraedts wordt tevens benoemd tot directeur van de SKGL.

Genetic counseling

In 1984 worden de eerste artsen tot klinisch geneticus opgeleid. Sinds 1987 is de klinische genetica erkend als medisch specialisme. Kort daarna wordt een begin gemaakt met het inrichten van de vierjarige specialistenopleiding. In 1989 start de eerste buitenpoli. Vanaf 1998 wordt ook de regio Zuidoost-Brabant aan het verzorgingsgebied toegevoegd, met een eigen vestiging in het Máxima Medisch Centrum in Veldhoven.

Rond 1992 neemt de vraag naar erfelijkheidsvoorlichting behoorlijk toe. De klinisch genetische centra hebben dringend behoefte aan niet-medische genetisch consulenten. De werkers van het eerste uur richten een werkgroep op om, in navolging van het al langer bestaande concept van de 'genetic associate' en de 'genetic counsellor' in Amerika en de 'genetic nurse' in Engeland, een profielschets te ontwikkelen voor een soort assistent van de klinisch geneticus.

St. Annadal
1983: chromosomenlaboratorium St. Annadal
Prof. dr. Joep Geraedts
Prof. dr. Joep Geraedts

Om een breed draagvlak te creëren voor deze nieuwe functie wordt contact gelegd met de VKGN. Na het opstellen van het functieprofiel wordt de basis gelegd voor een landelijk opleidingsplan, geïnitieerd door en onder verantwoordelijkheid van de VKGN. In 2002 wordt de NVGC opgericht.

in opleiding tot klinisch geneticus
Connie Stumpel (l) en Christine de Die-Smulders met opleider prof. Jean-Pierre Fryns (l) en Cees Schaap, eerste assistent i.o.
genetisch consulent op werkbezoek
Vera Hovers, de eerste genetisch consulent gaat op huisbezoek
Laboratoriumdiagnostiek

Voor de oprichting van de SKGL bestaan in de provincie Limburg niet minder dan vijf cytogenetische laboratoria. Het oudste bevindt zich sinds 1962 in het St. Annadal ziekenhuis in Maastricht. In 1983 start de SKGL met een eigen cytogenetisch laboratorium. Binnen enkele jaren hevelen de overige laboratoria in de provincie hun activiteiten over, zodat het chromosomenonderzoek voor de hele provincie Limburg zich in Maastricht concentreert. Medio 1983 wordt met de diagnostiek van erfelijke stofwisselingsziekten begonnen.

Aan het einde van de jaren ‘80 wordt tenslotte een begin gemaakt met de DNA-diagnostiek en wetenschappelijk onderzoek. In 1995 start de DNA-diagnostiek officieel, door de toekenning van een subsidie van de Ziekenfondsraad. In 2001 wordt het Genoomcentrum opgericht en in 2008 vindt een versmelting plaats van de unit DNA-diagnostiek en het Genoomcentrum tot Clinical Genomics.

karyogrammen knippen
1988: karyogram knippen
cytogenetisch onderzoek
Ontstaan SKGZON

Sinds 1989 is in Noord-Brabant de Stichting Erfelijkheidsonderzoek Noord-Brabant (SENB) actief. De SENB fungeert vanaf de oprichting tot 1998 als subcentrum van het Klinisch Genetisch Centrum Nijmegen (KGCN). Tegelijkertijd is de SENB aan de SKGL gelieerd vanwege een samenwerkingsverband voor de prenatale diagnostiek in het Diagnostisch Centrum Eindhoven. Uit strategisch oogpunt besluiten de besturen van SKGL en SENB tot een juridische fusie. Als gevolg hiervan houdt de SENB op te bestaan als afzonderlijke stichting en heet de SKGL voortaan Stichting Klinische Genetica Zuidoost Nederland (SKGZON).

Integratie

Omdat het specialisme klinische genetica zich een vaste plaats in de gezondheidszorg verwerft, vraagt de overheid aan de stichtingen om te integreren in een academisch ziekenhuis. Per 1 januari 2003 is de integratie voor de SKGZON een feit. Sindsdien vormen wij de afdeling Klinische Genetica binnen het Maastricht UMC+ (voorheen academisch ziekenhuis Maastricht).

Huisvesting

Voor de start van de SKGL wordt de eerste huisvesting gevonden in het reeds aanwezige chromosomenlaboratorium van St. Annadal. In 1983 komen voor de universitair aangestelde medewerkers enige kantoor- en laboratoriumruimten beschikbaar in het achter het ziekenhuis gelegen Biomedisch Centrum.

Op 17 oktober 1983 geeft minister Deetman van Onderwijs met vijf pistoolschoten het startschot voor de bouw van het nieuwe academisch ziekenhuis Maastricht op het Randwyckterrein.

Voor de SKGL alsmede voor de aan het azM gelieerde stichtingen Trombosedienst en Bloedbank (thans Stichting Sanquin) blijkt al gauw geen ruimte beschikbaar binnen het azM-gebouw en wordt besloten deze drie stichtingen in nieuwbouw te huisvesten.

Maastricht UMC+ luchtfoto
Maastricht UMC+
Noordgebouw anno 1992
1992: Drie-X-gebouw, thans het Noordgebouw

Op 12 december 1991 wordt het Drie-X-gebouw (thans Noordgebouw) in gebruik genomen. Door de uitbreiding van activiteiten en groei van personeel zijn er tot op de dag van vandaag nog altijd verhuisbewegingen en verbouwingsactiviteiten.

Samenwerking met Genetica Radboudumc

Na het emeritaat van prof. Joep Geraedts neemt prof. Han Brunner, sinds 1998 afdelingshoofd van de afdeling Genetica in Nijmegen, het stokje over. Sinds 2014 geeft hij leiding aan beide afdelingen. In augustus van datzelfde jaar ondertekenen de Raden van Bestuur van het Maastricht UMC+ en het Radboudumc een samenwerkingsovereenkomst die tot een verdere ontwikkeling van de academische expertise en meer innovaties binnen de genetische zorg leidt.

Door de samenwerking tussen de genetische afdelingen van MUMC+ en Radboudumc bundelen zij expertise en techniek en vergroten zij de kwaliteit en doelmatigheid van genetische zorg en diagnostiek. Patiënten kunnen verzekerd zijn van hoogwaardige zorg, een brede expertise en een compleet aanbod van genoomdiagnostiek.

Prof. dr. Han Brunner
Prof. dr. Han Brunner
Sluit de enquête